The Global Egyptian Museum

De decoratie van de kisten en plankdeksels uit de 21e dynastie is sterk geïnspireerd door vignetten uit het Dodenboek en de andere funeraire literatuur.  De versieringen zijn qua opbouw, kleur en inhoud typisch voor deze dynastie.  Deze kisten en plankdeksels worden gekenmerkt door de gele achtergrond en de drukke decoratie.  Dit plankdeksel van de priester van de Thebaanse god Amon, Amenhotep, is ook in deze traditie ontworpen.  De Leidse collectie bezit ook de binnenkist van Amenhotep (inv. nr. EG-ZM2928).  Hierin werd de mummie gelegd die bedekt was met dit plankdeksel.  De plank heeft een antropomorfe vorm en is bedekt met een dikke laag gesso op een basis van linnen.  Er werd vervolgens op de gesso geschilderd en sommige figuren of tekens werden in reliëf weergegeven.  Het deksel vertoont op subtiele wijze de lichaamsvormen van de persoon, waarbij slechts de vuisten aan de oppervlakte zichtbaar zijn.  De dode is afgebeeld met een goddelijk strengenpruik en gekrulde godenbaard die hem vereenzelvigd met Osiris ten einde net zoals hem ook de dood te kunnen overwinnen.  De schouders worden beschermd door een bloemenkraag ('wesech') die aan beide uiteinden eindigt in valkenkoppen.  In het midden van de kist, op de buik, staat de godin Noet.  Zij moet de overledene beschermen en zorgen voor zijn wedergeboorte na de dood. Onder de gevleugelde Noet zijn tien kleine scènes aanwezig en drie kolommen tekst met offerformules gewijd aan de godinnen Noet, Nephthys en Isis.   De gevleugelde scarabee stelt de ochtendzon voor en die met een ramskop stelt de zon voor in zijn nachtelijke aspect.

الكتابة
اللغة
نوع النص
محتوى النص
تقنية الكتابة
حالة حفظ النص
هيروغليفي
الترجمة الصوتية
الترجمة

الصور	Attachments